De wettelijke kader van de treasuryfunctie wordt bepaald door de Wet Financiering decentrale overheden (wet Fido). Belangrijk uitgangspunt van deze wet is dat voorzichtig omgegaan moet worden met publieke middelen. Om dit te bereiken moet de provincie voldoen aan een aantal normen zoals de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.
In het treasurystatuut zijn de bepalingen voor de infrastructuur voor het uitvoeren van de treasury opgenomen. De uitgangspunten voor treasury zijn:
- Treasury voert haar taken prudent uit met inachtneming van de interne en externe kaders;
- Treasury voert haar activiteiten uitsluitend uit voor de uitoefening van de publieke taak door de provincie Utrecht.
De doelstellingen voor treasury zijn:
Operationele en tactische doelstellingen:
- Het verzekeren van een duurzame toegang tot financiële markten tegen zo gunstig mogelijke condities;
- Het tijdig aantrekken van voldoende financieringsmiddelen teneinde het in de jaarlijkse begroting vastgestelde beleid te kunnen uitvoeren (beschikbaarheid);
- Het optimaliseren van kosten van financiering en opbrengsten op de verstrekte leningen;
- Het zorgdragen voor kosteneffectief, efficiënt en betrouwbaar betalingsverkeer;
- Toezien op een correcte vastlegging van de treasury transacties in de verslaglegging.
Strategische doelstellingen:
- Het identificeren, analyseren en beheersen van risico’s die de financiële positie en (rente)resultaten zouden kunnen aantasten;
- Het bewaken van de ontwikkeling van de (netto) schuldpositie, inclusief proactief advisering indien de grenzen van kasgeldlimiet bij kortlopende leningen en renterisiconorm bij langlopende leningen dreigen te worden overschreden;
- Signaleren en adviseren indien er sprake is van strijdigheid van besluitvorming (of beleid) met (nieuwe) regelgeving, gerelateerd aan treasury.
Binnen de financiële functie van de provincie is het van belang het onderscheid te herkennen tussen de treasury- en de controlfunctie. Treasury zorgt voor de beschikbaarheid van geldmiddelen. De controlfunctie is juist belast met het toezicht en de bewaking van de aanwending ervan. Vanuit deze rollen is de focus van de controlfunctie dan ook gericht op de baten en lasten en die van treasury op de feitelijke in- en uitgaande kas- en financieringsstromen.
Voor het bepalen van de daadwerkelijke financiering zal niet de begroting als leidraad worden gebruikt, maar zal er worden gekeken naar de treasuryrapportages die elk kwartaal worden opgesteld.
In de treasuryrapportage heeft de treasurer de vrijheid een liquiditeitsprognose op te stellen die niet gebonden is aan wetgeving en andere rapportages. Hierdoor kan een weergave van de werkelijke kasstromen worden benaderd. In deze rapportage wordt de actuele stand van de liquide middelen ingevuld wat een actuele weergave biedt van de huidige positie.
Wanneer er in de treasuryrapportage een financieringsbehoefte voor het aankomende kwartaal wordt gesignaleerd zal de treasurer een offerte uitvragen bij minimaal twee sector banken. Vervolgens zal het meest gunstige tarief worden geselecteerd en zal de financiering bij de betreffende bank worden aangetrokken.