Hoofdstuk 4: Financiële begroting

4.1 Uiteenzetting financiële positie

Om de ontwikkeling van de belangrijkste activa (bezittingen) en passiva (eigen vermogen en schulden) inzichtelijk te maken, wordt in de begroting een meerjarige geprognosticeerde balans voorgeschreven. Deze meerjarige geprognosticeerde balans geeft Statenleden het inzicht om zich een oordeel te vormen over de gezondheid van de financiële positie van de provincie en de ontwikkelingsrichting ervan.

Activa

31-12-2020

31-12-2021

31-12-2022

31-12-2023

31-12-2024

31-12-2025

(im) Materiële vaste activa

584.278

621.894

681.354

672.022

634.810

658.677

Financiële vaste activa: Kapitaalverstrekkingen

8.080

16.080

23.580

31.080

38.580

53.080

Financiële vaste activa: Leningen

5.170

4.720

4.270

3.820

3.370

2.920

Financiële vaste activa: Uitzettingen > 1 jaar

25.000

25.000

0

0

0

0

Totaal Vaste Activa

622.528

667.694

709.204

706.922

676.760

714.677

Voorraden: Onderhanden werk & Overige grond- en hulpstoffen

3.509

8.255

11.178

6.656

12.610

4.737

Voorraden: Gereed product en handelsgoederen & vooruitbetalingen

22.817

20.000

20.000

20.000

20.000

20.000

Uitzettingen < 1 jaar (excl schatkist)

70.851

55.000

55.000

55.000

55.000

55.000

Uitzettingen in 's Rijks schatkist

97.776

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

Liquide middelen

105

0

0

0

0

0

Overlopende activa

66.843

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

Totaal Vlottende Activa

261.901

158.255

161.178

156.656

162.610

154.737

Totaal Activa

884.429

825.949

870.382

863.578

839.370

869.414

Passiva

31-12-2020

31-12-2021

31-12-2022

31-12-2023

31-12-2024

31-12-2025

Saldireserve (A)

66.673

155.847

119.693

65.654

54.241

51.658

Reserve Weerstandsvermogen (B)

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

Egalisatie uitkering provinciefonds (C)

0

0

0

0

0

0

Algemene reserve (D = A + B + C)

111.673

200.847

164.693

110.654

99.241

96.658

Resultaat boekjaar

24.218

0

0

0

0

0

Bestemmingsreserves

411.277

278.726

214.727

202.815

192.149

161.293

Voorzieningen

18.520

17.476

16.808

16.383

16.129

15.947

Vaste schuld

0

20.901

166.155

225.727

223.851

287.516

Totaal Vaste Passiva

565.688

517.949

562.382

555.578

531.370

561.414

Vlottende schuld

23.128

23.000

23.000

23.000

23.000

23.000

Overlopende passiva

295.612

285.000

285.000

285.000

285.000

285.000

Totaal Vlottende Passiva

318.740

308.000

308.000

308.000

308.000

308.000

Totaal Passiva

884.428

825.949

870.382

863.578

839.370

869.414

Toelichting op de geprognosticeerde balans:
Bij het opstellen van de geprognosticeerde balans wordt uitgegaan van de eindbalans van de vastgestelde balans van de jaarrekening 2020. Vervolgens wordt het lopende jaar 2021 toegevoegd en de begroting en meerjarenraming.

Voor gegevens die zich moeilijk laten voorspellen in de meerjarenraming wordt een verwachte stand op basis van de stand van de jaarrekening en de meest actuele informatie geraamd.

Beeld geprognosticeerde balans
In de komende jaren wordt er geïnvesteerd in met name openbaar vervoer en wegen. De investeringen vanaf 2022 in het openbaar vervoer zijn onder meer de vernieuwde regionale tramlijn en de vlootoptimalisatie. De investeringen in de wegen zijn onder meer N233 Rijnburg, N233 rondweg Veenendaal, vervangingsinvesteringen en N226 spoortunnel Maarsbergen, Zie ook het investeringenoverzicht in de programma’s Bereikbaarheid.

In 2023 en 2024 is een substantiële daling in de hoogte van het (im)materiële vaste activa te zien. De verlaging in 2023 wordt veroorzaakt doordat de investeringsopgave in dat jaar (circa € 24,5 mln.) lager is dan de geraamde afschrijvingen (circa € 33.3 mln.). In 2024 is de investeringsopgave (circa € 42,6 mln.) hoger dan de geraamde afschrijvingen (circa € 34,4 mln.), maar is er een bijdrage van derden voor de investeringen van € 35,8 mln. die voornamelijk betrekking heeft op de investering in de N233 Rijnbrug.

De afname van de bestemmingsreserves passen in de lijn van dit college om niet onnodig reserves aan te houden, middelen maatschappelijk te laten renderen en te intensiveren op enkele belangrijke transitieopgaven. De investeringen en het inzetten van de bestemmingsreserves zorgen ervoor dat een positief saldo bij de schatkist omslaat naar een schuldpositie op de geld- en kapitaalmarkt.

Op basis van de verwachte kasstromen wordt de verwachte stand van de liquide middelen vastgesteld waarin een saldo onder de minimale liquiditeitsbuffer van € 30 mln. resulteert in een financieringsbehoefte die wordt opgenomen als vaste schuld.

Kanttekening bij de geprognosticeerde balans
De geprognosticeerde balans vloeit onder andere uit de begrote exploitaties welke resulteert in een mutatie van de liquide middelen of in een mutatie van een reserve. Een substantieel deel van de exploitatie zijn de subsidielasten. De voltallige mogelijk te verstrekken subsidie wordt in de afgelopen begrotingen waaronder de begroting 2022 telkens als exploitatielast opgenomen. Uit de realisatie blijkt echter dat de begrote subsidie niet volledig wordt verstrekt, maar enkel gedeeltelijk. Dit resulteert in een onderbesteding waardoor de stand van de liquide middelen en de hoogte van de bestemmingsreserves te laag zijn geraamd.

Het gevolg van deze onderbesteding is dat de raming van de vaste schuld hoger ligt dan wat er uiteindelijk aan financiering aangetrokken zal worden.

Daarnaast is er nog een risico op vertragingen in investeringen in bouwprojecten wat resulteert in een vertraging van kasstromen. In de MIP, waar de prognose van de materiele vaste activa en de investeringskasstromen uit volgen, is de meest recente kennis met betrekking tot vertragingen als gevolg van onder andere de PFAS problematiek verwerkt. Er is echter nog wel veel onzekerheid over de ontwikkelingen met betrekking tot PFAS, waardoor verdere vertragingen niet onmogelijk zijn.

Doordat de geprognosticeerde balans direct gekoppeld is aan onder andere de staat van de reserves, is het niet wenselijk een afslag te maken voor de verwachte uiteindelijke kasstromen en exploitatie. Om een verbeterslag te verkrijgen in de prognose zullen de betreffende exploitatielasten in de bron anders dienen te worden opgenomen.

Voor het bepalen van de daadwerkelijke financiering zal niet de begroting als leidraad worden gebruikt, maar zal er worden gekeken naar de treasuryrapportages die elk kwartaal worden opgesteld.

In de treasuryrapportage heeft de treasurer de vrijheid een liquiditeitsprognose op te stellen die niet gebonden is aan wetgeving en andere rapportages. Hierdoor kan een weergave van de werkelijke kasstromen worden benaderd. In deze rapportage wordt de actuele stand van de liquide middelen ingevuld wat een actuele weergave biedt van de huidige positie.

Wanneer er in de treasuryrapportage een financieringsbehoefte voor het aankomende kwartaal wordt gesignaleerd zal de treasurer een offerte uitvragen bij minimaal de twee sector banken. Vervolgens zal het meest gunstige tarief worden geselecteerd en zal de financiering bij de betreffende bank worden aangetrokken.

Deze pagina is gebouwd op 11/24/2021 09:01:10 met de export van 11/24/2021 08:49:11